‘Een leven op scherp’: een Majakovski-biografie de dichter waardig

tumblr_inline_pdntffa6l11s0xvfa_540

Zoals het heet:

“Incident gesloten”,
de boot van de liefde
is op de dagelijksheid
stukgestoten.
Ik heb mijn rekening
met het leven vereffend.
Waarom alle pijnen en grieven
nog eens uit te leggen.

Dit zijn de regels die de Russische dichter Vladimir Majakovski (1893-1930) op de achterzijde van zijn afscheidsbrief schreef, net voor hij zich op 14 april 1930, op 36-jarige leeftijd met een Mauserpistool een kogel in de borst joeg, teleurgesteld in de liefde, het leven en de revolutie. De mythe van Majakovski als ‘dichter van de revolutie’ was geboren. De rijk gestoffeerde en geïllustreerde biografie Een leven op scherp van de Zweedse Ruslandkenner en slavist Bengt Jangfeldt zal moeilijk te overtreffen zijn en heeft zonder meer alle kwaliteiten om de definitieve levensbeschrijving van de futuristische dichter te worden. Het boek is in Zweden een bescheiden bestseller, werd intussen vertaald in een tiental talen  waaronder het Russisch, en is nu ook beschikbaar in een uitstekende en fraai uitgegeven Nederlandse vertaling.

Leven op scherp

Een leven op scherp laat zich lezen als de kroniek van een aangekondigde zelfmoord, maar  vanaf de eerste bladzijden grijpt Jangfeldt de lezer bij de kraag. Hij is een meester in het schetsen van een specifiek tijdsbeeld, het oproepen van bepaalde sferen en het vasthouden van de aandacht met losse indrukken en bedenkingen. Deze lijvige biografie laat zich dan ook lezen als een trein. Met voelbaar plezier deelt Jangfeldt de gebeurtenissen in het leven van zijn onderwerp, steeds met veel oog voor detail en een nauwkeurige beschrijving van de ruimere politieke en culturele context. We  komen al snel te weten dat Majakovski een bijzonder complex figuur was. Een vat vol tegenstrijdigheden, een natuurkracht op zoek naar ontlading.

image

Zo lezen we onder andere dat hij een fenomenaal geheugen had en hele lappen poëzie uit het hoofd kon citeren, onophoudelijk rookte maar nooit inhaleerde, een onverbeterlijke hypochonder was en zwaar te lijden had onder zijn smetvrees, onbetrouwbaar en een dwangmatig gokker was, dat hij een van de eerste Russen was die een auto bezat en er dan ook gretig mee pronkte in de binnenstad, een ware rokkenjager was en met volle teugen genoot van de vrije seksuele moraal in het toenmalige Rusland, enkel Russisch en Georgisch sprak maar uitvoerig reisde, dat hij steeds met een pistool onder het hoofdkussen sliep, filmscenario’s schreef, acteerde, reclameaffiches ontwierp, reclameslogans bedacht, redacteur was bij verschillende tijdschriften, schilderde en een aantal grensverleggende toneelstukken schreef en opvoerde.

Uiteraard gaat Jangfeldt breedvoerig in op de belangrijkste gebeurtenis in Majakovski’s leven: zijn ontmoeting met Lili Brik in de zomer van 1915. Hij werd stapelverliefd op haar en zij werd zijn muze (nagenoeg zijn gehele oeuvre is aan haar opgedragen). Dat Lili getrouwd was blijkbaar geen probleem: Majakovski heeft jaren een gelukkig, zij het zeer bewogen, menage à trois gedeeld met Lili en haar echtgenoot Osip (een vrijgevochten intellectueel die banden had met de geheime politie, Majakovski in alle literaire kringen introduceerde én er samen met Lili alles aan deed om de door hun bewonderde poëzie van Majakovski gepubliceerd te krijgen).

image

Lili en Osip fatsoeneerden de sjofele rebel Majakovski die bekend stond voor zijn explosieve opstandigheid en ziekelijke overgevoeligheid en zouden hem voor de rest van zijn leven bijstaan met raad en daad. Jangfeldt beschrijft uitgebreid de levensloop van zowel Lili als Osip en dat is maar goed ook, want wie Majakovski zegt, zegt de Briks. Jangfeldt was bovendien persoonlijk bevriend met Lili in de jaren 70 en kon haar  ongecensureerde dagboeken consulteren, waardoor voor het eerst allerlei kwesties uitgeklaard , andere weerlegd of juist bevestigd werden. Jangfeldt biedt nog een meerwaarde door uit te weiden over andere belangrijke personen uit Majakovski’s directe entourage, zoals de invloedrijke linguïsten Viktor Sjklovski en Roman Jakobson, en ook mededichters als Osip Mandelstam, Velimir Chlebnikov en Boris Pasternak.

Volodja

Vladimir Majakovski, roepnaam ‘Volodja’, werd in de zomer van 1893 in Bagdadi, een kleine stad in Georgië, geboren. Al op 14-jarige leeftijd neemt hij deel aan politieke manifestaties, en bij de vroegtijdige dood van zijn vader verhuist het gezin naar Moskou. Daar dweept hij met de marxistische literatuur en wordt lid van de Arbeiderspartij. Rond die tijd wordt de jonge Majakovski tot driemaal toe gevangengezet wegens subversieve politieke activiteiten. Het is in één van die periodes van eenzame opsluiting dat Majakovski gedichten begint te schrijven. Na zijn vrijlating loopt hij school aan de kunstacademie van Moskou, waar hij in contact komt met leden van de futuristische beweging. In 1912, hij is dan 19, publiceert hij voor het eerst zijn poëzie. Tot grofweg 1914 schrijft hij in de geest van het futurisme. Hij weet zijn lyrisch talent pas echt te ontplooien met epische poëma’s als Een wolk in broek (1914-15) en Mens (1916-1917). Ook Vladimir Majakovski – Tragedie (1913) en De ruggengraatsfluit (1915) getuigen van zijn uniek talent. Na 1917 wist de passionele liefdesdichter zich nog tweemaal van zijn socialistische pre-occupaties los te maken in Ik heb lief (1922)  en Daarover (1923), die de kroon op zijn liefdespoëzie vormen. Zijn zwanenzang is het onvoltooide Luidkeels (1928-1930).

image

Na de revolutie zette Majakovski al zijn krachten in voor de consolidatie van de Sovjetstaat en zijn regime. Los van alle persoonlijke tegenslagen waarmee Majakovski te kampen had, zo leert Jangfeldt ons, is één van zijn grote tragedies het wantrouwen en het onbegrip dat hij te verduren kreeg van het Sovjetregime. Ironisch genoeg zou Stalin Majakovski’s revolutionaire gedichten na diens dood canoniseren, een fenomeen dat men later Majakovski’s ‘tweede dood’ is gaan noemen. De dialectiek tussen zijn verheven dichtkunst (de onovertroffen kracht van zijn liefdespoëzie) en het onwrikbare regime dat toen nog in al zijn gruwel moest losbarsten werd hem wellicht te veel. Wat artistieke erkenning betreft heeft Majakovski in de laatste jaren van zijn leven heel wat teleurstellingen en tegenslagen te verwerken gekregen. Toen hij in 1929 de groep LEF van de Russische futuristen verliet om zich aan te sluiten bij het proletarische RAPP, kwam hij tussen twee vuren te staan. Majakovski voelde zich aan beide fronten onbegrepen, zowel artistiek als maatschappelijk.

Scherp leven

Bewonderenswaardig aan deze biografie is het hoog documentair gehalte. Een leven op scherp is gebaseerd op een grote hoeveelheid tot voor de publicatie onbekend of ontoegankelijk bronnenmateriaal (bijvoorbeeld de eerder aangehaalde ongecensureerde dagboeken van Lili Brik, maar ook brieven en foto’s van Majakovski’s Amerikaanse dochter, Patricia Thompson – die zich pas in 1993 bekende maakte als zijn dochter en bepaalde misvattingen onder andere over haar moeder kon uitklaren). Jangfeldt slaagt erin een lichte vertellende toon aan te houden, die nooit belerend of zwaar op de hand is. Als lezer hang je aan zijn lippen Net als iedere biograaf die naam waardig verliest hij zich niet in details en trapt hij niet in de val van de speculatie. Al te vaak krijgen we biografieën die naar de hagiografie neigen, maar hoewel Jangfeldt meer dan eens zijn bewondering voor en inzicht in de gedichten van Majakovski laat blijken (als toemaatje geeft Jangfeldt de lezer bijzonder lucide en uitgebreide analyses van de belangrijkste gedichten), slaagt hij er toch in de nodige afstand, bescheidenheid en objectiviteit te bewaren om zijn levensbeschrijving naar een hoger niveau te tillen en de mythevorming die Majakovski al jaren achtervolgt te doorprikken.

image

Bijzonder leerrijk en interessant zijn de diepgravende uiteenzettingen over het Rusland tijdens Majakovski’s leven. We krijgen een exclusieve inkijk in de culturele en artistieke milieus van Moskou en Sint-Petersburg, alsook in de evolutie van de politieke situatie van vóór de Oktoberrevolutie tot de opkomst van het communisme en het Sovjetregime. Zoals Jangfeldt duidelijk maakt in zijn nawoord is zijn biografie eigenlijk de eerste ‘echte’, onafhankelijke biografie. Vorige pogingen waren idiomatisch gekleurd en geschreven met het oog op het canoniseren van Majakovski als de ultieme dichter van de revolutie. Andere werden gecensureerd of hadden enkel toegang tot beperkte bronnen.
Kortom, met Een leven op scherp heeft  Bengt Jangfeldt een grote leemte ingevuld in de Majakovski-studie. Eindelijk is er een biografie Majakovski waardig.


Verschenen in: STAALKAART #4, 2010

Een leven op scherp. De legendarische dichter Vladimir Majakovski (1893-1930) van Bengt Jangfeldt, Balans 2010, vert. door Edith Sybesma en Suïntha Uiterwaal, ISBN 9789460032042, 544 pp.

Een gedachte over “‘Een leven op scherp’: een Majakovski-biografie de dichter waardig”

Plaats een reactie